trombocyten
Trombocyten (TROMB MT)
Een vaker gebruikt woord voor trombocyten is bloedplaatjes. De bloedplaatjes zijn belangrijk voor het stollen van bloed samen met stollingseiwitten. De trombocyten zijn delen van uiteengevallen cellen die ook worden aangemaakt in het beenmerg. De bloedplaatjes zorgen bij een wondje voor het stollen en het maken van een korstje. De manier waarop dit in zijn werking gaat, is dat bij een beschadiging aan de bloedvatwand, de bloedplaatjes daaraan gaan kleven. Er komen stoffen vrij uit de bloedplaatjes en uit het beschadigde weefsel. Samen met stollingsfactoren in het bloedplasma ( o.a. calciumionen) komt trombocinase in het bloedplasma vrij. De stollingsfactoren met protrombine in het bloedplasma zorgen er voor dat trombine vrijkomt. Trombine zorgt voor de omzet van fibrogeen in fibrine. Fibrine vormt dan een netwerk van draden, waartussen de bloedcellen blijven hangen. Aan dit beginnende bloedstolsel blijven steeds meer bloedplaatjes kleven. Deze vallen weer uiteen, waardoor steeds meer fibrine kan ontstaan en de wond zich volledig kan afsluiten.
Bij het binnentreden van een infectie, zal het lichaam extra bloedplaatjes aanmaken. Van dit verschijnsel wordt gebruik gemaakt bij bloedonderzoek, om de aanwezigheid van een infectie aan te tonen.
Bij een tekort aan bloedplaatjes ontstaan er stollingsproblemen en is de kans op spontane bloedingen groter. Als je bloed minder dan 50 miljard bloedplaatjes per liter bloed bevat, kan dit gezondheidsproblemen met zich meebrengen. Een tekort aan bloedplaatjes kan ontstaan, doordat het lichaam in het algemeen te weinig bloedplaatjes aanmaakt. Dit kan door een tekort aan foliumzuur en vitamine-B12, leukemie en het Wiskott-Aldrich syndroom ontstaan. Ook kan er een tekort ontstaan, doordat bijvoorbeeld ergens in je lichaam, een orgaan, te veel bloedplaatjes verbruikt. Snel en vaak blauwe plekken oplopen, lange en hevige menstruatie, zwart kleuren van de ontlasting, bloed in urine en bloedbraken zijn symptomen van een te laag bloedplaatjes gehalte.
Het tekort kan worden behandeld moor medicijnen of bloedtransfusie. Voorbeelden van medicatie zijn corticosteroïden en gammaglobuline. Wat corticosteroïden doen, is het onderdrukken van het immuunsysteem en gammaglobuline vermindert ontstekingsprocessen. Ook kan bij uitzondering gekozen worden je immuunsysteem te verlagen door een bloedtransfusie. Als hiervan sprake is, ontvang je van een bloeddonor bloedplaatjes, waardoor het tekort zal afnemen. In heel sommige gevallen kan je milt verwijdert worden, waardoor de afbraak van trombocyten wordt tegengegaan. Maar dat wordt alleen bij hoge uitzondering uitgevoerd. Het laatste middel dat de productie van bloedplaatjes verhoogd is te vinden in papaja bladeren. Dit komt doordat de bladeren het enzym papaïne bevat.
Een te hoog trombocyt gehalte, ook wel trombocytose genoemd, kan ontstaan door bijvoorbeeld:
-de ziekte van Werlhof(ITP vooral bij kinderen)
-de ziekte van Moschcowitz(TTP is een tekort aan het enzym ADAMTS13)
-hemolytisch-uremisch syndroom( HUS)
-beenmergziekte(myeloproliferatieve ziekte)
-reactie op andere medicijnen
Er kunnen spontane stollingen ontstaan, die ernstige gevolgen als een infarct. Voor de behandeling van te veel bloedplaatjes, worden medicijnen toegeschreven die de vorming van bloedplaatjes in het beenmerg afnemen. Er worden antistollingsmiddelen gebruikt, zoals trombosemiddelen en anticoagulantia. Ook kan er gebruik gemaakt worden van tromboferese, wat inhoudt dat er bloed wordt afgenomen. Daarvan worden de bloedplaatjes verwijdert en vervolgens komt het bloed weer terug je lichaam in. Hierdoor zal de hoeveelheid bloedplaatjes per liter bloed afnemen.
De grenswaarde van trombocyten is 150-400 miljard per liter bloed
Maak jouw eigen website met JouwWeb